{"id":463,"date":"2014-09-28T17:57:51","date_gmt":"2014-09-28T15:57:51","guid":{"rendered":"http:\/\/www.caniilluminati.nl\/?p=463"},"modified":"2014-11-17T21:09:52","modified_gmt":"2014-11-17T20:09:52","slug":"recensie-the-hidden","status":"publish","type":"post","link":"https:\/\/www.caniilluminati.nl\/2014\/09\/28\/recensie-the-hidden\/","title":{"rendered":"Recensie: The Hidden"},"content":{"rendered":"
“Just once, I’d like to meet an alien menace that wasn’t immune to bullets!”
\n– Brigadier.<\/p>\n
<\/p>\n
Jezus te paard, een retroactieve filmverwijzing welt op in m’n bovenkamer als FBI-agent Lloyd Gallagher (Kyle MacLachlan) zonder pardon een dot gas geeft en onstuimig een vertragende Mercedes langsflitst om nog het oranje licht te pakken bij een kruispunt, of downtown LA moet worden gespleten.<\/p>\n
<\/a> “You read minds, or was that a shot in the dark?”, vist detective sgt. Tom Beck (Michael Nouri) uit nadat de twee gebroederlijk, maar met attente afstandelijkheid, als vers gepartnerden, in de Porsche van Gallagher, riem niet gegespt, maar in driedelig gehesen, voorvallen bespreken waarbij twee strafbladloze familiemannen een moordtocht hebben aangeknoopt, en Gallagher afschaduwt wat Beck wil vertellen. Drie jaar later (off-screen): FBI-agent Dale Cooper zit naast sheriff Harry S. Truman tijdens een stakeout uit hout een fluitje te snijden. “You know why I’m whittling?” Truman: “Okay, I’ll bite again. Why are you whittling?” <\/a><\/p>\n Toeval is de arena waar goden verkiezen om anoniem te blijven. Maar David Lynch heeft deze film gezien.<\/p>\n In de Wells Fargo bank ontrollen zich tegen het vlokkerige zwart-wit beeld van een beveiligingscamera de gifgroene begincredits. De overvalblues ontsluit. Alledaagse mensen lopen routineus van ingang naar uitgang; een unheimische rimpeling in het tableau, als een man in een regenjas het beeld inloopt en precies zo doet wat de meute laat; stilstaan, het hoofd langzaam roteren, eensklaps een shotgun pakken, schoten lossen, paar geldzakken oppikken, en de monitor op standje sneeuw knallen. Dhr. DeVries, \u00e9\u00e9n van die familiemannen gespeeld door Chris Mulkey – hij zou Hank Jennings gaan portretteren. Yup, “Twin Peaks” (1990) – knalt buiten een bewaker, die de overvaller sommeert zich over te geven, karakteristiek meters ver terug het bankgebouw in. Een drukgolf is er niets bij. Onverbeterlijk, die natuurkundige filmwetten. DeVries trekt in z’n Ferrari de zevenmijlslaarzen aan, gierend rubber, LAPD op de hielen, en een clich\u00e9doorspekte hellevaart voltrekt zich langs de Public Library op 5th, Wilshere Boulevard, dwars door MacArthur Park en alles ertussenin waar de gebruikelijke wegwerkers voor hun leven vrezen en glazenzetters gedurende hun overtocht van stoeprand naar stoeprand de gebruikelijke glasplaat in een glinsterende hagelbui zien neerkletsen. De lucht babyblauw, bloed op het voorruit, heavy metal ‘up to eleven’. De ondertussen met hagelpatronen geperforeerde Ferrari knalt zich op een uit politiewagens samengestelde wegversperring tot stilstand. De gek genoeg goedlachse DeVries stapt uit, de politie doorzeeft hem met kogels, en hij belandt wonderwel in levende, maar geschonden toestand in het ziekenhuis.<\/p>\n Dan even de burelen van de politie. Daar arriveert Lloyd Gallagher, een Dale Cooper aan de Prozac. Uitgewaaierd kapsel, meer hairspray dan natte gel. Die gel die er later voor gaat zorgen dat de stugge FBI-coupe, stijf als een futuristische wielerhelm, in niets gaat lijken op deze onderontwikkelde variant. Ook het opaak zwarte pak is nu nog pastelkleurig, staalblauw. Ingevallen koppie, slungelig met hoogwater. Gallagher meldt zich voor een wraaktoer, omdat z’n partner om zeep is geholpen door de persoon die nu de straten van La-La Land besmeurt met bloed. En het prettige toeval wil dat de G-man met Thomas Beck op pad wil, die kort daarvoor op het punt staat te worden uitbesteed als lijfwacht, aan een senator die de stad aandoet. (Lt. Masterson hyperbolisch over zijn Enige Echte: “My department will then crumble, crime will run rampart, the city will fall into ruin, rampaging hordes will control the streets and life as we know it will end!”) Beck’s verlossing is hier, en Gallagher en hij wisselen gedachtes, en de bijna ontbindende DeVries blijkt de gemene deler. Zonder heel veel woorden te verkwisten snelt Gallagher de precinct uit, richting het ziekenhuis.<\/p>\n In de gebladerde tronie van DeVries sperren sidderogen wijd open die, als in een portret aan de amfetamine de logees van een eenzaam landhuis ‘verwelkomen’. De quote boven het artikel, afkomstig van een 70’s Doctor Who-episode, laat me na zo’n 700 woorden eindelijk belanden op het besliste ogenblik dat het spel de wagen opgaat, de film gekweld openklapt en alle invulbare mechanismes en de mogelijk uit te zetten verhaallijntjes in de nabije verte holografisch opdagen. Over buitenaardsen die wel wat hagel kunnen verdragen. Net geen vijftien minuten op de klokken. Het mysterie doorgrond, de aap uit de mouw, en het gedrocht uit de kanis. DeVries koppelt z’n slangetjes los, hurkt over z’n soezende roomie heen, drukt met strakgespannen gezicht z’n ogen dicht, en uit z’n mond ontwurmt zich een slak ter grootte van een obesitas hamster, met pootjes en tentakels. De nieuwe gastheer slurpt ‘het’ zonder willens en wetens op. Het omhulsel DeVries is dan ontzield en opgebruikt, en de glibberige lijvenpikker stelt de oorspronkelijke persoonlijkheid van zijn nieuwe incarnatie abrupt en voorgoed op non-actief. In een notendop ‘s aliens modus operandi. Zo hopt het beestje nog ‘s van lichaam naar lichaam – in eerste instantie brave huismannen, later een vrouwelijke stripper, een hond, en richting het sluiten van de markt enkele dienders.<\/p>\n <\/a><\/p>\n De wisseltruc is een noodzakelijk kwaad; de vleeskostuums hebben een beperkte houdbaarheid en stoten onze intergalactische pannenlikker na verloop van tijd af. In een van z’n vele gedaantes zijn de oprispingen niet meer van de lucht, de man stort ter aarde, stroopt z’n mauw op en uit een veel te dikgeaderde arm ontspringt zich een tentakel dat geestdriftig om zich heenslaat, snakkend naar vers omkleedsel. Met wat tape om de arm wordt de opspelende ledemaat provisorisch koest gehouden. Ten faveure van de verontrusting prima overigens, om berustend op het Jaws-dogma de screen time van de eigenlijke ruimteslak te limiteren. Het kan ook een budgetkwestie zijn.<\/p>\n <\/a><\/p>\n De film is bijzonder vanzelfsprekend geaard, kent verder niet veel geheimen, behalve dan dat ook MacLachlans personage nog wat dubieuze bagage met zich meezeult. In het discours van de verborgen, nabootsende wezens, is originaliteit in dit geval geen verdienste, als The Hidden<\/em> een plaatsje gegund is in de slagschaduw van The thing (from another world)<\/em> (1951, 1982) en Invasion<\/em> of the Body Snatchers<\/em> (1978), en dit verlengde nog steeds voortduurt met They live<\/em> (1988), Fallen<\/em> (1998), Slither<\/em> (2006) en in zekere zin The World’s End<\/em> (2013). De alien berooft banken, houdt van snelle wagens – betaalt daar niet voor, trapt keet in een platenzaak, vreet zich vol als een Amerikaan en geilt in mannelijke vorm op vrouwen. In een of andere opslagruimte haalt hij z’n vingers langs de decollet\u00e9 van een sculptuur van een Griekse schone. Vrouwengek, komt ie er eentje schaken? Evenwel duikt ‘ze’ later in stripperhoedanigheid op een of andere gast (“Hey ehh, do you like cars?”). De buitenaardse adopteert de verlangens van man en vrouw. Ligt hier onze consumptiemaatschappij met het schuim op de bek in het voetlicht en moeten we deze exotische snoodaard iets toerekenen, dat hij \u00f3nze grenzen van genot en moraal ruw overschrijdt, onze stoute dromen verwezenlijkt? De eenmans wolfroedel die, niet geheel onopgemerkt, probeert sociale aanwas door onze strot te duwen, de kampioen van de Amerikaanse droom, op volle toeren. Is de gevolgschade de verkondiging van het failliet van onze schraapzucht? Als je de strekking wilt vinden, zit die erin; de film associ\u00ebren met antropologie is echter ongerijmde eer voor deze productie.<\/p>\n
\nHalf minuutje eerder in The Hidden<\/em> (1987):<\/p>\n
\n“I read minds.”, ginnegapt de FBI-agent. “Oh yeah, what was I just thinking?” bewolkt Beck de mobiele atmosfeer.
\n“That I’m full of shit.”
\n“Impressive.”
\n“Not really. Pretty simple to read.”<\/p>\n
\n“Because that’s what you do in a town where a yellow light still means slow down, not speed up.”<\/p>\n